Vaccinaties worden veel gegeven. In vaccins zitten veel stoffen die het lichaam soms moeilijk kan verwerken. Denk aan zware metalen, cellen van dieren, vulstoffen e.d. Allemaal lichaamsvreemde stoffen die een reactie teweeg kunnen brengen bij volwassenen en kinderen. Vanuit deze stoffen kan er schade ontstaan; dit wordt vaccinatieschade genoemd. Klachten die hieruit kunnen voortkomen zijn: moeheid, verandering gedrag, slecht slapen of chronische klachten (bijv. astma).
Eventuele vaccinatieschade kan behandeld worden door ontstoringskorrels. Deze doen niets met de vaccinatiestof zelf, maar helpen het lichaam om de stoffen die het niet kan verwerken te neutraliseren. Het lichaam krijgt hierdoor de mogelijkheid eventuele schade weer te herstellen.